• header06.jpg
  • header05.jpg
  • header09.jpg
  • header01.jpg
  • header07.jpg
  • header04.jpg
  • header03.jpg

Vrijwel iedereen heeft wel eens een vleermuis gezien. ‘s Avonds in de tuin, op straat of in het park. In de schemering komen ze tevoorschijn om als ware luchtacrobaten achter muggen en motjes aan te jagen.
Voor sommige mensen een fascinerend tafereel, voor anderen een ware nachtmerrie. Vleermuizen roepen immers bij veel mensen akelige gedachten op. Zo zouden vleermuizen in je haren vliegen, je aanvallen om bloed te zuigen en zouden ze allerlei ziektes verspreiden.
Dat deze mensen hieraan denken is niet zo vreemd. Het gezegde “onbekend maakt onbemind” gaat zeker voor vleermuizen op.
Deze website van de Vleermuiswerkgroep Noord-Brabant probeert hierin wat verandering te brengen.

Vleermuizen in Nederland

In Nederland komen 20 soorten vleermuizen voor. Hiervan zijn 9 soorten vrij algemeen tot algemeen en zijn er 6 zeldzaam tot zeer zeldzaam. De andere 5 soorten worden hier als uitgestorven beschouwd of als dwaalgast aangetroffen.

Jagen op insecten

Alle Nederlandse vleermuissoorten jagen op insecten. Een vleermuis moet om te overleven per nacht een kwart tot de helft van zijn lichaamsgewicht eten. Voor een vleermuis betekent dat per nacht wel 300 muggen, motjes en kevertjes. Een gemiddelde kolonie eet per zomer enkele tientallen kilo’s insecten. Vleermuizen zijn dus zeker nuttige dieren! In Nederland hoeven we niet bang te zijn voor de beruchte bloeddrinkende vampiervleermuizen. Deze komen alleen in Zuid-Amerika voor. In de tropen vinden we trouwens ook fruitetende, nectaretende, vleesetende en visetende vleermuizen.

Echo-lokatie

Doordat vleermuizen vooral ‘s nachts actief zijn, hebben ze weinig aan hun ogen en gebruiken ze hun stem en oren om voedsel te kunnen vinden. We noemen dit sonar of echolokatie. Een vleermuis zendt hiervoor voortdurend korte geluidjes uit. Met haar gevoelige oren kan ze aan de echo horen hoe haar omgeving er uit ziet en waar er een insect vliegt. De geluiden die de vleermuis maakt zijn zo hoog dat mensen ze vrijwel niet kunnen horen. Doordat vleermuizen zich op hun gehoor oriënteren moeten ze, als ze wat interessants horen vaak even dichterbij komen om goed te "zien” wat het is. Daardoor kan het wel eens gebeuren dat een vleermuis op je afduikt en het lijkt alsof hij in je haren gaat vliegen. De vleermuis komt dan even kijken wie je bent en zal je altijd op tijd ontwijken!

Jaarcyclus en verblijfplaatsen

Een jaar uit het leven van een vleermuis verloopt volgens een vast patroon. In het voorjaar ontwaken de dieren uit hun winterslaap en verplaatsen zich naar de zomerverblijfplaatsen. De vrouwtjes verzamelen zich in de kraamkolonies, waar in de zomer de jongen worden geboren en worden grootgebracht. De mannetjes brengen de zomer alleen, of in kleine groepjes door. Sommige soorten (zoals dwergvleermuizen en laatvliegers) verblijven in de zomer vooral in gebouwen terwijl andere (zoals watervleermuizen en rosse vleermuizen) vooral in boomholtes verblijven. In de nazomer volgt de paartijd waarin de mannetjes van sommige soorten erg hun best doen om vrouwtjes te lokken. Omdat er in onze streken in de winter voor vleermuizen te weinig insecten zijn om te kunnen leven, gaan al onze vleermuizen in het late najaar op zoek naar een plek om een winterslaap te houden. Overwinteringplaatsen zijn bijvoorbeeld de mergelgroeven in Zuid-Limburg, ijskelders, bunkers, spouwmuren en holle bomen, afhankelijk van de soort vleermuis. Ook worden er steeds vaker kunstmatige vleermuis”kelders” aangelegd in bijvoorbeeld geluidswallen.

Bedreiging en bescherming

Hoewel vleermuizen lang kunnen leven en weinig natuurlijke vijanden hebben, gaat het toch niet zo goed met ze. In de jaren vijftig en zestig namen de aantallen vleermuizen snel af door het gebruik van bepaalde insecticiden in de landbouw. Ook zijn veel vleermuizen gedood door de toepassing van insectenwerende middelen bij de restauratie van kerkzolders waar vleermuiskolonies huisden. Daarnaast zijn er steeds minder geschikte verblijfplaatsen voor vleermuizen. Bomen met holtes worden gekapt, spouwmuren worden opgevuld en zolders van oude gebouwen hermetisch afgetimmerd. Daarnaast veranderd ook het landschap ten nadele van de vleermuizen. Doordat vleermuizen in de voor hun voortbestaan belangrijkste perioden (voortplanting en winterslaap) in groepen leven, zijn ze erg kwetsbaar. Het verdwijnen van een verblijfplaats of een ‘ongeluk’ in een kraamkolonie of winterverblijf heeft grote gevolgen voor de vleermuisstand in een groot gebied. Sinds 1973 zijn alle Nederlandse vleermuizen bij de wet beschermd waardoor het vangen, verstoren en doden van vleermuizen en het vernietigen van hun verblijfplaatsen verboden is.

Vleermuizen in huis

Een rondvliegende vleermuis in een kamer is even schrikken, maar meestal ook zo verholpen; zet in de avondschemering de ramen open en de vleermuis vliegt meestal vanzelf weg. Als de vleermuis ergens in uw kamer zit / hangt en geen aanstalten maakt om te vliegen (omdat hij bijvoorbeeld ziek of verzwakt is) zie dan de aanwijzingen in de volgende paragraaf. Het kan ook voorkomen dat vleermuizen een ruimte in uw spouwmuur of dak kiezen als kolonieplaats. Vaak merkt u hier niets van maar soms verraden de vleermuizen zich door kleine poepjes (net hagelslag) buiten op uw vensterbanken en terras of door de geluidjes van de vleermuizen. Veel mensen vinden dit niet erg, maar als er per ongeluk steeds vleermuizen in huis komen of ze toch wel veel geluid gaan maken kan er echt overlast ontstaan. Verkeerd handelen kan in zo’n geval leiden tot nog meer vleermuizen in huis of tot stankoverlast als de vleermuizen in uw huis doodgaan. Het is daarom het beste om contact op te nemen met één van de personen die op de laatste pagina worden vermeld. Zij helpen u met het zoeken naar een gunstige oplossing voor u en de vleermuizen.

Vleermuizen en hondsdolheid (rabiës)

In Nederland is bij twee soorten vleermuizen een vorm van hondsdolheid (rabies) geconstateerd. Omdat het herkennen van vleermuissoorten enige deskundigheid vereist en het niet te zien is of een zieke vleermuis hondsdolheid heeft, moet u altijd oppassen wanneer u een vleermuis aantreft die overdag aan de muur hangt of op de grond ligt en die niet wil vliegen:

  • pak vleermuizen niet met blote handen beet.
  • laat de vleermuis zitten en bel één van de personen op deze brochure.
  • als u de vleermuis toch moet verplaatsen probeer dan de vleermuis in een doosje of potje te doen, door het doosje of potje over de vleermuis te plaatsen en er een kartonnetje achter te schuiven.
  • ook als u een dode of gewonde vleermuis vindt , bel dan één van de personen op deze brochure.
  • wordt u onverhoopt toch gebeten, raadpleeg dan onmiddellijk uw huisarts.

Indien u de vleermuis wel hebt aangeraakt maar niet bent gebeten, geef dit dan door aan één van de personen op deze brochure.
Overigens vormt de aanwezigheid van vleermuizen in de spouwmuur of onder het dak geen gevaar.

Onderzoek

Om vleermuizen goed te kunnen beschermen, is het van belang om meer te weten over de aantallen vleermuizen per gebied en over het gedrag van vleermuizen. Door middel van diverse vormen van onderzoek is het mogelijk om deze kennis te vergaren. Met behulp van batdetectors worden de hoge geluiden van vleermuizen hoorbaar gemaakt en is het mogelijk om te onderzoeken waar vleermuizen voorkomen, waar ze jagen en waar ze overdag verblijven. Daarnaast wordt door het jaarlijks tellen van vleermuizen bij kolonies en in winterverblijven een beeld verkregen van de aantallen vleermuizen in Nederland.