• header06.jpg
  • header05.jpg
  • header03.jpg
  • header07.jpg
  • header04.jpg
  • header01.jpg
  • header09.jpg

Het is 24 jaar geleden dat de mopsvleermuis voor het laatst werd vastgesteld in Nederland. De laatste melding was een overwinterend exemplaar nabij Sluis in 1993. De soort werd in de meest recente Nederlandse Rode Lijst dan ook als uitgestorven verklaard. Op 1 mei 2017 kon de mopsvleermuis met zekerheid worden vastgesteld in de bossen van Clinge en St- Jansteen in Zeeuws-Vlaanderen.

De mopsvleermuis is een middelgrote vleermuis met een korte stompe snuit. Met hun typisch tweeledig echolocatiegeluid hebben ze zich gespecialiseerd in het vangen van kleine nachtvlinders, maar ze eten o.a. ook wel muggen en vliegen. Het is een koude tolerante soort waardoor je ze ook vaak in de ‘relatief’ warmere momenten van de winterperiode foeragerend kan aantreffen. In de periode 1981 tot 1993 werden nog overwinterende mopsvleermuizen gevonden in een ruïne in Sluis (Zeeuw-Vlaanderen), op minder dan een kilometer van West-Vlaanderen waar er tot de winter 2000-2001 nog werden vastgesteld. Met de sloop van de ruïne is de overwinterlocatie verdwenen.


Mopsvleermuis (foto: René Janssen).

Wat vooraf ging in Vlaanderen in 2014 tot 2016

Het goede nieuws begon in augustus 2014 met één toevallige geluidsopname van de mopsvleermuis in het Waasland (Oost-Vlaanderen). Joris Everaert deed hiermee één van de meest opvallende ontdekkingen in jaren. Eerder dat jaar werd de mopsvleermuis nog officieel als uitgestorven verklaard in Vlaanderen. De regionale natuurvereniging vzw Durme startte in 2015 in samenwerking met de Vleermuizenwerkgroep van Natuurpunt een soortenbeschermingsproject. Het resultaat was een droom die uitkwam, want in 2015 en 2016 konden in het Waasland kraamkolonies gevonden worden in vier verschillende gebieden. De soort blijkt aanwezig te zijn in nagenoeg elk groot boscomplex van het Waasland, dus wellicht gaat het om een populatie die daar al lang aanwezig is. Het bewijs van voortplanting in de kraamkolonies was trouwens een primeur voor België. Drie kolonies bevonden zich achter de losse schors van dode populieren en een andere kolonie zat achter een vensterluik van een huis. Eén van de boomkolonies bevond zich in het Wullebos te Moerbeke en Stekene, ongeveer twee kilometer van de Nederlandse grens. Bij het onderzoek werkten ook al enkele Nederlandse vleermuisexperts mee, en de hoop op de vaststelling van mopsvleermuis in Nederland werd alsmaar groter. Sinds 2015 ging men in Nederland – aanvankelijk zonder succes – zoeken in onder meer de Clingse bossen (Clinge & St-Jansteen) net ten noorden van het Stropersbos in Stekene (Oost-Vlaanderen). Eind april 2017 werd de soort ook in het Stropersbos waargenomen, en wat nu blijkt ook al vroeger. Een late analyse van geluidsopnames met een automatisch werkende bat-detector, bracht begin mei 2017 namelijk aan het licht dat de mopsvleermuis al in augustus 2015 in het Stropersbos werd vastgesteld.


Locatie van de geluidsopname van de mopsvleermuis (foto: Alex Wieland).

De nieuwe vaststelling in Nederland

Na de waarnemingen in het Stropersbos in Vlaanderen, wandelde Joris Everaert op 1 mei 2017 rond in de Nederlandse Clingse bossen, in de hoop de soort eindelijk weer op de Nederlandse lijst te kunnen zetten. En met succes! Het was natuurlijk wel te verwachten na de waarnemingen net over de grens. En misschien is de soort er zelfs al eerder vastgesteld. Alex Wieland heeft namelijk uit 2015 en 2016 nog een hoop opnames van 35 boslocaties in de grensstreek van een automatische bat-detector die nog moeten geanalyseerd worden.  De Clingse bossen zijn in eigendom van waterwinbedrijf Evides en in beheer van stichting Het Zeeuwse-Landschap. Door de waterwinkanalen zijn er veel bosranden aanwezig. Het beheer is gericht op ontwikkelen van zoveel mogelijk biodiversiteit. Dood staand hout mag blijven staan als de veiligheid dit toelaat. De aanwezigheid van de mopsvleermuis is dus een kroon op het werk van Het Zeeuwse Landschap.


Sonogram opname mopsvleermuis (opname: Joris Everaert).

Nog veel vragen

Omdat er relatief weinig mensen bezig zijn met grondig vleermuisonderzoek, kunnen er echt nog ontdekkingen worden gedaan. Iedereen hoopt nu dat er ook effectief een mopsvleermuis kolonie kan worden gevonden in Nederland.
Ook de Zoogdiervereniging is natuurlijk geweldig blij met dit hernieuwd waarnemen van deze bijzondere soort, de mopsvleermuis. Met nieuwe generaties bat detectors is de kans de soort waar te nemen gelukkig behoorlijk toegenomen. We kunnen nu gericht gaan zoeken. 

Belangrijke vragen zijn: 
- of de soort er weer is, of niet is weggeweest, 
- of het alleen foeragerende dieren zijn, of dat we ook (kraam)groepen onderdak bieden, en
- of het voorkomen, langs de grens van Vlaanderen, alleen in Zeeuws-Vlaanderen of ook in Noord-Brabant en Limburg te verwachten is. 

De mopsvleermuis is een soort van bijlage II van de Europese Habitatrichtlijn, waarvoor in Nederland geen Natura2000 gebieden zijn aangewezen. We roepen de Nederlandsch/Belgische grens-provincies op de beleidsverantwoordelijkheid te nemen en de soort interregionaal op de kaart te zetten.  

Tekst: Joris Everaert (Vzw Durme, Zoogdierenwerkgroep Waas, Durme & Schelde en Vleermuizenwerkgroep Natuurpunt) en Alex Wieland (Het Zeeuwse Landschap).