Nee, dit is geen sprookje maar een heuse snottertragedie. Het gaat om Susan uit Castenray en Gewone Dwergvleermuizen uit Rosmalen, Den Bosch en Nuland. De eerste drie zijn gekomen in 'de mijtenweek'; een week waarin alle vleermuizen erg rood zagen van de mijten. De laatste dwerg komt later en is minder rood.
Susan is een jonge Laatvlieger, uit de grote kraamkolonie uit de kerk van Catsenray (L), waarvan gezien is dat ze al zeker twee dagen geen eten heeft gehad van haar moeder. Ze is van de kerkzolder gehaald door een bezorgde toeschouwer en naar de Vleermuisopvang Oss gebracht. Verzwakt, mager en koud. Geen goed begin voor het leven van een Laatvlieger om zo te beginnen. Ze is 22-6-2018 binnen gekomen. Langzaam komt ze op gang, begint te drinken en wat te eten. De eerste dag van juli, er komt gele snot uit haar neus. Haar ademhaling lijkt wat dieper, maar nog niet echt benauwd. Ik heb een foto gemaakt van een wattenstaaf met twee gele uiteinden en die opgestuurd naar mijn contact op de universiteit Utrecht. Het advies is om antibiotica te gaan geven. Vervolgens bij de dierenarts antibiotica gaan halen om te kijken of we haar kunnen redden. De eerste dosis gaat er 2-7-2018 in. En goed ook, met die bananensmaak. Een echte lieve Laatvlieger, met alle eigenschappen van deze soort. Snel aanhankelijk en makkelijk omgaan met de situatie. De dagen erna zijn spannend of de antibiotica aanslaat.
Dwerg Rosmalen is 11-6-2018 binnen gekomen. Een kleine beschadiging op de rechtervleugel, maar niet levensgevaarlijk. Ook een jong dier, vermoedelijk net wel/niet begonnen met vast voedsel. We zijn begonnen met melk om aan te sterken. Dwerg Den Bosch komt 20-6-2018 binnen, deze is al wat ouder en is klaar voor vast voedsel. Begint met vliegen. Dwerg Nuland is van 25-6-2018, ook een wat oudere dwerg, eet al vast voedsel. Dit zijn de helden van de snottertragedie.
Alles lijkt voorspoedig te gaan. Bijna eind juli, de 24ste, is een vrijwilligster bezig met voeren. Ze haalt Rosmalen uit de bak waar ook Den Bosch en Nuland in zitten. De vleermuis is slap en futloos. Wil niet eten of drinken. We hebben haar apart gezet en later op de avond overlijdt het diertje. Alle alarmbellen beginnen te rinkelen. De twee overige dwergen krijgen antibiotica. Hier wordt erg het spannend, gaan zij ook snotteren?
Susan eet dan bijna zelfstandig. Maar dat heeft meer te maken met het gemak van gevoerd worden. De dwergen worden weer elke dag met de hand gevoerd om te controleren of ze wel eten. En elke dag is gecontroleerd of de neuzen schoon zijn.
En ja hoor, op 25 juli komt Nuland met wat gesnotter. Eten en drinken gaan goed. Den Bosch mankeert nog niks. De dagen erop blijven de wattenstaven schoon. Tot 29 juli: de wattenstaaf kleurt geel bij Den Bosch. Ook maar slechts een dag. En maar hopen dat het zo blijft. En dat terwijl Susan gedurende een dag of vijf een vieze wattenstaaf heeft gegeven. Na een dag of 10 is ook de antibiotica van de dwergen gestopt.
De tijd verstrijkt, de vleermuizen groeien en fladderen volop. Ze eten, worden echte vleermuizen die niet zo veel met mensen te maken willen hebben. Dat laten ze dan ook duidelijk merken.
Dan is de vakantie voorbij en gaan de dieren naar de vliegkooi. Eerst de twee Dwergvleermuizen, 21 augustus verlaten ze de opvang en gaan naar de vlieglessen. Ze blijken het goed te doen en op 7 september worden ze vrijgelaten.
Susan gaat 9 september met andere vleermuizen naar de vliegkooi. Susan is hiervandaan met twee dwergen vrijgelaten op 17 september 2018. Ze vliegt goed en met een paar dagen mooi weer voor de boeg kan ze nog even wennen aan haar vrijheid.
Resten er voor de opvang nog een aantal vragen. Hoe hebben de dwergen besmet kunnen worden? Als Susan altijd als laatste werd vastgepakt. Na haar worden er geen dieren meer gehanteerd. Ergens moet er een kruisbesmetting hebben plaatsgevonden. Maar waar? Heeft het te maken met de weerstand van de dieren? Rosmalen heeft nog melk gehad, de andere niet. De Dwergvleermuizen en Susan hebben zelfs nooit contact met elkaar gehad. De besmetting moet dus via een andere weg gegaan zijn. Weer iets om over na te denken en de protocollen op aan passen. Daar hebben we nog tijd voor.
Tekst: Antoinette van Wilgen, Vleermuisopvang Oss
(Met dank aan iedereen die in deze periode heeft geholpen)